Leven in en uit de kracht van de Heer

"De dief komt niet dan om te stelen en te slachten en te verdelgen; Ik ben gekomen, opdat zij leven hebben en overvloed." (Johannes 10:10)

 

Wat satan in ons leven doet


In Johannes 10:10 hebben we de tegenstelling tussen wat "de dief" doet en wat de Here Jezus doet. De "dief" die tegenover de Goede Herder staat is de duivel, die ons leven wil ruïneren. Hij komt om te stelen, te slachten en te verderven. Hij heeft maar één verlangen: dat wij een ongelukkig leven zullen hebben.
Hij wil, dat wij verdriet hebben, ons ongelukkig voelen en ook ongelukkig zijn. Daar doet hij zijn best voor. Hij spant zich in om ons zo te maken. Dat betekent, dat wij als logische, maar tevens als ernstige conclusie moeten trekken en als consequentie moeten zien: als wij in ons leven ongelukkig zijn, is het de duivel gelukt om ons in die gesteldheid te brengen. Wij leven dan niet in vrede en harmonie met de Here Jezus, maar wij worden voortgejaagd en opgejaagd door satan zelf. Dit betekent niet, dat wij daarmee ook "van de duivel" zijn. Het betekent, dat wij niet verhinderd hebben, dat satan onze blijdschap zou afpakken. Overigens geldt dit alles niet voor iemand die psychisch ziek of zwak is. Zo iemand moet dan echter wel naar de dokter!

Dit is niet direct een pastorale benadering van mensen, die moeiten, zorgen en verdriet hebben. Het klinkt ook niet vriendelijk. Het klinkt hard en gevoelloos. Het kan ons irriteren, ergeren. Het kan zeker bij vrouwen de gedachte oproepen: daar heb je weer een man die het woord voert.
We moeten echter even vergeten, dat het een man is, die nu hier het woord voert. We moeten ons even terdege realiseren, dat het de Here Jezus Zelf was, die deze woorden sprak. Wij luisteren naar de woorden van onze Heiland. Zoals Hij heel resoluut zei, dat de takken die geen vrucht dragen afgehouwen en in het vuur geworpen worden, zo zegt Hij hier ook heel resoluut, dat het de duivel is, die de veroorzaker is van negatieve gedachten en gevoelens, van het gevoel, dat je omlaag zinkt en dat je er niet meer tegen kunt.

 


Wat Jezus in ons leven wil doen


Wij hebben een prachtige belofte van wat de Here Jezus in ons leven wil doen. In onze vertaling heet het, dat Hij ons leven en overvloed wil schenken. Hiermee hebben wij volgens onze vertaling een dubbele belofte: leven en overvloed. De vraag kan dan direct gesteld worden, waarin die overvloed dan openbaar wordt. Wat voor overvloed krijgen wij?

In de grondtaal, het Grieks, staat het er eigenlijk een heel klein beetje anders. Hier horen wij de Here Jezus zeggen, dat Hij wil, dat Zijn volgelingen leven hebben en overvloedig. Het woord dat als overvloed of overvloedig vertaald wordt, kan ook als "boven mate" vertaald worden. De Here Jezus bedoelt het volgende. Hij wil ons een overvloedig leven schenken. Hij wil ons een leven schenken, dat "boven mate" is, dat wil zeggen, een leven, dat boven het gewone leven uitgaat. Voor wij deze tekst verder bestuderen, kunnen wij zeggen, dat het leven dat de Here Jezus aanbiedt, zo bijzonder is, omdat:

  1. het een leven is, dat niet beïnvloed wordt door de zonden en de gevolgen van de zonden.    "Jezus dan zei tot de Joden, die in Hem geloofden: als gij in mijn woord blijft, zijt gij waarlijk discipelen van Mij en gij zult de waarheid verstaan, en de waarheid zal u vrijmaken." (Johannes 8:31,32) De Heer belooft hier een leven in vrijheid. Niet een leven dat vrij is van de wet, zoals velen graag willen horen, maar een leven dat vrij is van de gebondenheid en de slavernij die de zonde brengt.
  2. het een leven is, dat goddelijk van karakter is.
    "Zijn goddelijke kracht immers heeft ons met alles, wat tot leven en godsvrucht strekt, begiftigd door de kennis van Hem, die ons geroepen heeft door zijn heerlijkheid en macht; door deze zijn wij met kostbare en zeer grote beloften begiftigd, opdat gij daardoor deel zoudt hebben aan de goddelijke natuur, ontkomen aan het verderf, dat door de begeerte in de wereld heerst." (2 Petrus 1:3-4) Waar juist vrouwen op moeten letten, is, dat hier niet staat, dat dit geschenk van God je deel wordt op grond van je gevoelens of emoties, ook niet dat het beleefd of ervaren of gevoeld moet worden, maar dat het je deel wordt in de weg van je verstand: door de kennis van God. Hoe meer je God leert kennen, hoe - blijkbaar automatisch - meer je deel krijgt aan de Goddelijke natuur.
  3. het een leven is, dat van karakter en lengte "eeuwigheidsleven" is.
    "Mijn schapen horen naar mijn stem en Ik ken ze en zij volgen Mij, en Ik geef hun eeuwig leven en zij zullen voorzeker niet verloren gaan in eeuwigheid en niemand zal ze uit mijn hand roven." (Johannes 10:28,29) Voorwaar, dit is een heel bijzonder leven, een leven dat een geweldige overvloed in je leven betekent. Dit is een leven, dat je moet uittillen boven de problemen en het verdriet dat het gewone leven zo vaak kan meebrengen. Wij moeten echter niet vergeten, dat het je niet boven je problemen uittilt, als je gaat zitten wachten op gevoelens en emoties, maar alleen als je ervoor zorgt, dat je kennis van God en Zijn Woord groter worden. Dan krijg je een leven dat de moeite waard is om geleefd te worden.


Gods kinderen hebben bijzondere kracht


Terwijl de satan komt om te "nemen", is de Here Jezus gekomen om te "geven", zo blijkt uit Johannes 10:10. Satan komt om je leven af te pakken, terwijl de Here Jezus juist komt, om je een heel bijzonder leven te geven. Wie door de satan "genomen" wordt, "laat zich nemen"! Wie komt bij de gevende Heiland, komt met een geopend hart en een geopend verstand om van Hem te ontvangen. Het is dus belangrijk hoe je eigen houding is. Laat je je inpalmen door de duivel of laat je je vullen door de Here Jezus? Dit is een keuze tussen alleen deze beide mogelijkheden. Meer mogelijkheden zijn er niet. Er zijn ook geen uitvluchten te bedenken, die een goede reden zijn, om onder deze twee mogelijkheden uit te komen. Als je in de greep van de duivel bent, ben je schuldig. Christenen zijn geen weerloze prooi voor de duivel. Wij hebben kracht van God gekregen om de duivel te weerstaan (Ephese 6, de wapenrusting!), om te overwinnen en om in de overwinning te staan.

Het Griekse woord dat het Nieuwe Testament voor "kracht" gebruikt, is het woord "dunamis". Het is een woord, dat in het Nederlands verschillende woorden gevormd heeft:

  1. Dynamiet. Een krachtig explosief. Een krachtig wapen.
  2. Dynamiek. Vaart. Er zit beweging en kracht in.
  3. Dynamo. Een apparaat dat elektriciteit opwekt, zodat het voor verlichting en beweging gebruikt kan worden.

"Gij zult kracht ontvangen, wanneer de Heilige Geest over u komt." (Handelingen 1:8)
De Heilige Geest is in iedere gelovige aanwezig als dynamiet, dynamisch en als een dynamo. Iedere gelovige kan een krachtig explosief zijn in de handen van de Heer. Iedere gelovige kan als een dynamo gebruikt worden om licht op te wekken, zodat een donkere wereld in het licht gesteld kan worden. Maar... deze zegeningen moeten in de eerste plaats hun werk doen in ons eigen leven. Gods kracht moet eerst tot zegen voor onszelf in ons eigen leven openbaar worden.

Een belangrijke vraag: als iedere gelovige de Heilige Geest ontvangen heeft, dus als iedere gelovige door de aanwezigheid van de Heilige Geest Gods kracht ontvangen heeft, wie durft dan nog te zeggen, dat hij of zij zo zwak is, dat hij/zij niet in staat is om het leven van en met de Heer te leven?

Paulus getuigt, dat Christus' kracht juist openbaar werd, als hij zich zwak voelde. "En Hij heeft tot mij gezegd: Mijn genade is u genoeg, want de kracht openbaart zich eerst ten volle in zwakheid. Zeer gaarne zal ik dus in zwakheden nog meer roemen, opdat de kracht van Christus over mij kome." (2 Corinthe 12:9) Leefde Paulus dan in zwakheid verder of in Christus' kracht? Natuurlijk: in de kracht van de Heer. Zo getuigde hij even later nogmaals hiervan: "Welnu, Hij is gekruisigd uit zwakheid, maar Hij leeft uit de kracht Gods. Welnu, wij zijn zwak in Hem, maar wij zullen met Hem leven voor u uit de kracht Gods." (2 Corinthe 13:4)

Dat het hierbij ging om een onvoorstelbare kracht, horen wij uit de Hebreeënbrief: "En wat moet ik nog verder aanvoeren? Immers, de tijd zou mij ontbreken, als ik ging verhalen van Gideon, Barak, Simson, Jefta, David en Samuel en de profeten, die door het geloof koninkrijken onderworpen, gerechtigheid geoefend, de vervulling der belofte verkregen hebben, muilen van leeuwen dichtgesnoerd, de kracht van het vuur gedoofd hebben. Zij zijn aan scherpe zwaarden ontkomen, in zwakheid hebben zij kracht ontvangen, zij zijn in de oorlog sterk geworden en hebben vijandige legers doen afdeinzen." (Hebreeën 11:32-34)

Het is een diepe en ernstige belediging van God, als Hij gelovigen hoort zeggen, dat zij niet in staat zijn om te leven, zoals Hij dit van hen vraagt. Het is een grove aanklacht als wij zeggen, dat wij de Heilige Geest, die Hij ons geschonken heeft, niet kunnen gebruiken, ja, dat wij niets aan Zijn Heilige Geest hebben. Wij zijn dan net zo verdorven als de morrende en klagende Israëlieten tijdens de woestijnreis. Als God zegt, dat Hij u bijzondere kracht gegeven heeft, dan hébt u die. Wie blijft zeuren en klagen, dat hij/zij Gods kracht mist, moet zich diep schamen. Zo iemand mag niet zeggen, dat hij/zij de kracht van God mist, maar hij/zij moet zeggen, dat hij/zij geen gebruik maakt van die bijzondere kracht. Zo iemand leeft in en vanuit eigen zwakheid en gebrek en koestert die gevoelens van onvermogen, in plaats van te staan in de overwinning.

Christenen moeten geen mensen zijn, die steeds maar met hun verlanglijstjes bij de Here God aankloppen en Hem vragen om hulp en kracht, omdat ze het zo moeilijk hebben. Christenen moeten staan in de overwinning en de Heer danken voor de kracht en de overwinning die Hij hen gegeven heeft. Vergelijk het met de mens, die steeds maar weer bidt, of God zijn zonden wil vergeven en hem een kind van God wil maken. Daar moet God toch ook - om het menselijk te zeggen - genoeg van krijgen? God had beloofd, dat je een kind van God zou zijn, als je de Here Jezus zou aanvaarden. Dan moet je er niet om blijven vragen.

Wij moeten leren, dat wij als christenen niet op grond van onze gevoelens moeten leven. De Here Jezus was niet op aarde om in Zijn prediking emoties en gevoelens op te roepen. Hij was gekomen om mensen verstandelijk te overtuigen, zodat zij zouden inzien, wat God van hen vraagt. De Here Jezus bracht hen verstandelijke kennis bij. Een voorbeeld: Toen de Heer met Nicodemus sprak over zijn relatie met God, toen sprak de Here Jezus niet met emotionele woorden over de gevoelens van Nicodemus. Hij sprak op een zeer wijze en verstandige en verstandelijke manier over zaken, die moeilijk te begrijpen zijn. Tegen de rijke jongeling zei de Here Jezus niet, dat het wel goed zat, als hij de juiste gevoelens in zijn hart had. Nee, de Heer sprak hem op een zeer verstandelijke manier aan. Tegen de zondares zei Hij niet, dat als zij zich goed voelde of beter voelde, dat het dan wel goed zou komen met haar. Neen, Hij wees haar op de wet en zei, dat zij in het vervolg moest leven volgens de regels van de wet.

 


Het karakter van het leven dat Jezus biedt

  1. Het is een leven in gemeenschap met God. Het is niet een leven dat bestuurd wordt door je eigen hart en emoties. Het is een leven, waarin je zo verbonden bent met God, dat Hij je hele leven kan beïnvloeden en besturen. "Dit nu is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus Christus, die Gij gezonden hebt." (Johannes 17:3)
  2. Het is een leven, waarin wij niet steeds geconcentreerd zijn op onszelf, maar waarin wij openstaan voor anderen en hun omstandigheden en situaties. Wij hebben de opdracht om beelddragers van de Here Jezus te zijn. Aan wie moeten wij dit beeld van Hem laten zien? Aan onszelf? Natuurlijk niet. Wij moeten het aan anderen tonen. Daarom moeten wij niet steeds met ons eigen leed, verdriet en problemen bezig zijn, maar moeten wij de gezindheid hebben, dat wij anderen het beeld van de Here Jezus tonen. Vraag uzelf eens af, wat anderen van de Here Jezus in u gezien hebben. Hebt u het juiste beeld van Hem getoond of hebt u een vertekend beeld van Hem gegeven? Mag u op dit punt de Heer danken, omdat u bruikbaar was in Zijn dienst, of moet u uw schuld belijden, omdat u ervoor gezorgd hebt, dat anderen een verkeerde indruk van de Here Jezus kregen? Hebben anderen in u de kracht van de Heer gezien, of zagen zij alleen maar uw ellende en misère? Bent u zich bewust, dat de Here Jezus niet gekomen is om over Zijn emoties, verdriet en teleurstellingen te praten, maar dat Hij kwam om u en mij een heel bijzonder leven te schenken?
  3. Het is een leven, waarin wij - als gevolg van onze gehoorzaamheid aan de Heer - een grote vreugde beleven. Het is een leven, dat ons geestelijk rijk en gelukkig maakt. Het is een leven, waarin wij ons niet buigen voor de duivel, de zonde, teleurstellingen en verdriet, gevoelens van onbehagen en verdrietige emoties, maar een leven waarin wij fier overeind gaan staan en het oog gericht hebben en houden op de Here Jezus, zoals ons voorgehouden wordt: "Laat ons oog daarbij alleen gericht zijn op Jezus, de leidsman en voleinder des geloofs, die, om de vreugde, welke voor Hem lag, het kruis op Zich genomen heeft, de schande niet achtende, en gezeten is ter rechterzijde van de troon Gods." (Hebreeën 12:2) Let op het woordje "alleen". Wij mogen niet zowel op onze teleurstellingen als op de Heer letten. Wij moeten alleen naar Hem kijken!
  4. Het is een leven dat als een overvloedig leven ervaren wordt. Het is een leven, waarin je duidelijk de kracht van de aanwezige Heer ervaart. Hoe komt het dat je dit ervaart? Toch gevoelens? Nee, het is een gevolg van het feit, dat je weet, dat Hij bij je is. In de begintijd van het christendom zijn veel christenen vervolgd en gedood. Deze mensen hadden een veel moeilijker leven dan wie dan ook van ons. Maar zij geloofden de Heer en wisten, dat Hij hen nooit zou verlaten. Misschien voelden zij zich zwak. Maar zij wisten zich sterk in Hem! Dat was hun geheim. Dat schonk hen blijdschap en vrede.

"Ik vermag alle dingen in Hem, die mij kracht geeft... Mijn God zal in al uw behoeften naar Zijn rijkdom heerlijk voorzien, in Christus Jezus." (Philippenzen 4:13,19)